Hielpijncongres 2020

‹ Terug naar overzicht

Hielpijncongres 2020

Geplaatst op:
Eind januari vond voor de derde keer het Hielpijncongres plaats. Een congres voor verschillende beroepsgroepen, zo waren er onder andere fysiotherapeuten, podotherapeuten, registerpodologen, podoposturaaltherapeuten, orthopeden en sportartsen. De op het congres gedeelde informatie is interessant voor iedereen die met hielpijnpatiënten te maken heeft.

Tijdens dit congres werd kennis en de laatste ontwikkelingen omtrent hielpijn gedeeld. Een succesvolle behandeling valt of staat met een juiste diagnose. De samenwerking en informatie-uitwisseling tussen verschillende disciplines en nationaliteiten leidt tot verbetering van de diagnose en de kennis daarvan. Hierdoor kan een efficiëntere behandeling worden ingezet. Met bijna 200 deelnemers kan worden gesproken van een groot succes. Nieuw dit jaar was het Pre-congresevent voorafgaand aan het Hielpijncongres. 

Pre-congres event

Hielpijncongres

Praktijkgericht werken tijdens het pre-congres event.

Dr. Jamal Guenoun, MSK-radioloog bij Cambridge University Hospital sprak over casuïstiek aan de hand van medische beeldvorming. De voordelen van echografisch onderzoek kwamen naar voren, zo ook de voor- en de nadelen van MRI onderzoek. Wat soms als nadeel wordt ondervonden is dat de echobeelden niet (altijd) gematcht kunnen worden met de röntgenbeelden en/of MRI-beelden en/of CT-beelden. De deelnemers merkten dat het verhelderend kan werken wanneer het echobeeld matcht met een MRI of een CT. Er werd een driedimensionaal beeld getoond van pathologische processen en anatomische variaties door de diverse medische beeldvormingstechnieken met elkaar te vergelijken en op deze manier de interpretatie van echobeelden te verbeteren en de anatomie en pathologie beter te begrijpen.

Enkelinstabiliteit

Key-note speaker prof. dr Miquel Dalmau-Pastor, patholoog-anatoom bij Universitat de Barcelona, sprak over enkelinstabiliteit. Hij toonde aan de hand van video’s en opnames van anatomische preparaten, dat uit sectie-onderzoek is gebleken dat de LTFA uit twee onderdelen bestaat en als er een deel is aangedaan, dat dit kan leiden tot micro-instabiliteit. Bij klinisch onderzoek leidt dit vaak tot een verkeerde diagnose of wordt dit over het hoofd gezien. De deelnemers leerden een hands-on-test met een specificiteit van 84% om dit te voorkomen en kunnen deze test nu zelf uitvoeren in hun eigen praktijk. 

Hielpijncongres

Hielpijncongres

Lezing van prof. dr Miquel Dalmau-Pastor tijdens het Hielpijncongres.

Sprekers vertelden over de uitkomsten van nieuw wetenschappelijk onderzoek, gaven tips en adviezen om vervolgens in onze eigen praktijk te kunnen toepassen en er was ruimte en gelegenheid om serieus over deze onderwerpen vragen te stellen en te discussiëren.

Injectieopties

Vernieuwend was de lezing van dr. Maarten Moen, sportarts en werkzaam in de medische staf van NOC*NSF, de Olympische en Paralympische organisatie en bij Bergman Clinics, over injectie-opties voor tendinopathie rond de voet en diverse behandelmogelijkheden bij peespathologie. Bij achilles tendinopathie zijn shockwave en excentrisch trainen de belangrijkste behandelopties. Als deze behandelingen onvoldoende effect hebben, zijn prolotherapie of high volume injecties een goede optie. Andere behandelopties die een goede overweging zijn: nitraatpleisters, nachtspalk, injecties (aprotinine, polidocanol, plaatjes-rijk plasma en corticosteroïden).

Bij tibialis anterior tendinopathie zijn oefentherapie en biomechanische correctie de belangrijkste optie. Als dit onvoldoende helpt: PRP en prolotherapie injectie overwegen.

Bij plantaire fasciopathie zijn oefentherapie en shockwave de beste behandelopties. Een dempende steunzool lijkt goed om te adviseren. Daarnaast zijn rekoefeningen van de fascie aan te raden. Als dit onvoldoende helpt: PRP, prolotherapie of botox injectie overwegen.

Tot slot geldt voor tibialis posterior tendinopathie dat oefentherapie en brace/zooltjes de belangrijkste opties zijn en als dit onvoldoende helpt: PRP of prolotherapie injectie overwegen.

Concluderend kan worden gesteld dat oefentherapie de hoofdmoot van de behandeling van tendinopathie rond de voet is. Een aantal aanvullende behandelopties is te overwegen. Uiteraard wordt aanbevolen om behandelingen waar meer evidence voor is als eerste in te zetten. Behandelingen met minder evidence zijn echter een goed alternatief om te proberen.

Chronische fasciitis plantaris 

Ook interessant was het verhaal van Eva Hoefnagels, orthopedisch chirurg werkzaam in de St. Maartenskliniek. Ze vertelde over haar onderzoek naar chronische therapieresistente fasciitis plantaris en het effect van het verlengen van de gastrocnemius. Vijf tot tien procent van de pijnklachten, die serieuze impact heeft  op kwaliteit van leven, blijft langer bestaan dan een jaar. Opvallend hierbij is dat 85-95% van de chronische fasciitis plantaris een verkort gastrocnemius complex heeft. In de studie namen 78 patiënten deel die langer dan een jaar klachten hadden en minimaal drie conservatieve behandelingen hadden gehad. De patiënten kregen eerst een acht weken durend programma, waarbij intensieve rekoefeningen werden gegeven (van voetpees, lange en korte kuitspieren) gecombineerd met een nachtspalk. 

Altijd starten met een conservatief programma

Conclusie: 55% heeft effect van de conservatieve behandeling (ondanks alle eerdere conservatieve behandelingen). 95% Heeft een grotere functionaliteit en minder pijn na vijf jaar. 35% Heeft geen effect na acht weken: direct geopereerd. 10% Na verlengde conservatieve behandeling: besluit tot operatieve ingreep.

Tot slot kan worden geconcludeerd dat bij patiënten met een chronische fasciitis plantaris de focus moet liggen op een verkort gastrocnemius complex en er altijd gestart moet worden met een conservatief programma. Bij onvoldoende effect van een conservatief programma, overweeg dan een gastroclide (90% succes rate).

Naast deze lezingen hebben de congresgangers nog mogen leren van andere sprekers:

  • Mirjam Tuinhout, voetspecialist MPA orthopedie & podotherapeut n.p. Zij sprak over Tarsale coalitio in de dagelijkse praktijk voor (voet)zorgprofessionals. Wat is het, hoe herken ik het en wat is eraan te doen?
  • Prof. Dr Miquel Dalmau-Pastor, Universitat de Barcelona, The Anatomy behind Heel Pain en New insights on lateral ankle instability.
  • Dr. Christian Greve, MSc., Faculteit Medische Wetenschappen, UMCG, Werkingsmechanismen en effectiviteit van behandelingsmodaliteiten bij fasciitis plantaris.
  • Drs. Nadine Rasenberg, huisarts in opleiding en promovendus, Plantaire hielpijn in de huisartspraktijk.

 

Met dank aan: Mienke van der Goot, fysiotherapeut en registerpodoloog, en Joyce Breugem, Podozorg, fotografie: Ton van Loon

Meer lezen?

Vaak worden pijnklachten aan de hiel, hielspoor genoemd. Klopt dat wel? Registerpodoloog Lisette de Graauw schreef er een artikel over met de titel ‘Om gek van te worden: Hielspoor‘.

Meer lezen over dry needling bij hielspoor? Kijk dan hier.